Zes op de tien zorgverleners denken niet aan pensioen
Zes op de tien zorgverleners zijn niet of nauwelijks bezig met pensioenopbouw. Dat blijkt uit een enquête in opdracht van zorgverzekeraar Curalia.
Voor de Curalia Pensioenbarometer ondervroeg onderzoeksbureau iVOX bijna 1.500 Belgische zorgverleners over hun pensioenplannen. Bijna de helft van de zorgverleners wil na de wettige pensioenleeftijd blijven doorwerken. Dat bevestigt eerdere onderzoeken waaruit blijkt dat zorgverleners lang aan de slag blijven. De gemiddelde pensioenleeftijd in de zorgsector is de hoogste van het land, met 63 jaar en 7 maanden.
Een mogelijke verklaring daarvoor is de motivatie van zorgverleners. Zij geven aan voor hun job gekozen te hebben vanuit altruïsme (26%), intrinsieke interesse/zelfsturing (19%) of omwille van het plezier in het werk (19%). Die betrokkenheid maakt het moeilijker om patiënten en praktijk los te laten.
'Zorgwekkende trend'
Uit de enquête blijkt ook dat zes op de tien zorgverleners niet of nauwelijks bezig zijn met pensioenopbouw. Ze hebben ook weinig fiducie in financiële instellingen: bijna de helft (44%) van de zorgverleners voelt zich niet begrepen door financiële instellingen.
Curalia-woordvoerder Izzy Van Aelst noemt dat een zorgwekkende trend. Het wettelijk pensioen voor zorgverleners is namelijk niet altijd even rooskleurig. Een bijkomende moeilijkheid is het bonus-malussysteem dat op 1 januari 2026 wordt ingevoerd. Wie noodgedwongen vroeger moet stoppen, wordt daardoor dubbel gestraft.
“Dat onderstreept hoe belangrijk het is om tijdig te investeren in een aanvullend pensioen en zo financiële zekerheid op te bouwen, ongeacht hoe lang men effectief kan werken”, zegt Van Aelst.
