Onderzoek KU Leuven
Helpt schimmelwerend middel tegen epilepsie?
Wereldwijd lijden 25 miljoen mensen met epilepsie aan een vorm die niet reageert op bestaande behandelingen. Een interdisciplinair onderzoeksteam van KU Leuven onderzoekt of clioquinol, een bestaand bacterie- en schimmelwerend middel, wel soelaas kan bieden. De eerste resultaten zijn veelbelovend.
Epilepsie is een veelvoorkomende neurologische aandoening die wereldwijd 80 miljoen mensen treft. Er bestaan meer dan twintig verschillende behandelingen, maar bij 30 procent - 25 miljoen mensen - hebben die geen effect. Een interdisciplinair onderzoeksteam van KU Leuven heeft nu een potentiële oplossing geïdentificeerd voor dergelijke medicijnresistente epilepsie.
Sleutelrol
De onderzoekers hebben ontdekt dat het enzym PHGDH mogelijk een sleutelrol speelt. Het enzym helpt bij de aanmaak van de neurotransmitter glycine en serine, beide aminozuren, en mildert ontstekingsreacties. "We gingen dus op zoek naar bestaande medicijnen die het enzym PHGDH activeren", vertelt innovatiemanager Karin Thevissen (Centrum voor Microbiële en Plantengenetica). "Zo kwamen we uit bij clioquinol, dat al veel jaren wordt gebruikt als bacterie- en schimmelwerend middel."
In verschillende diermodellen en bij onderzoek op menselijke cellen zorgde clioquinol voor verbetering. Het verhoogt de activiteit van het enzym PHGDH, waardoor er minder glutamaat, een 'activerende' neurotransmitter, in de hersenen actief is. Op die manier treedt er zowel een anti-epileptisch als ontstekkingsremmend effect op.
Jongvolwassenen
Ook de eerste, beperkte testen op patiënten zijn beloftevol, geeft kinderneuroloog Lieven Lagae aan. "We hebben clioquinol al getest bij een aantal jongvolwassenen met moeilijk behandelbare epilepsie. Bij de meesten was er een positieve invloed op de levenskwaliteit en de frequentie en ernst van de epilepsie-aanvallen. Uiteraard moeten deze bevindingen nog verder worden gevalideerd met meer uitgebreider klinisch onderzoek. We maken werk van een klinische studie met een twintigtal patiënten, die hopelijk deze eerste positieve bevindingen bevestigen."
Het onderzoeksproject heeft een opmerkelijk parcours van ettelijke jaren afgelegd. "Ik ben dit onderzoek twintig jaar geleden begonnen binnen mijn IOF-onderzoeksprogramma naar nieuwe antischimmelmiddelen met als kernvraag: hoe verdedigen schimmels zich tegen zulke middelen?", zegt Karin Thevissen. "Dat datzelfde onderzoek nu kan bijdragen tot een mogelijke doorbraak voor de behandeling van epilepsie - en wie weet nog andere aandoeningen met soortgelijke mechanismen - is een bijzonder gegeven."