Is executie nakend?
Vrees om lot Ahmadreza Djalali
Zowel bij Amnesty International als bij minister van Buitenlandse Zaken Maxime Prévot heerst grote ongerustheid over de situatie van Ahmadreza Djalali nadat hij naar een onbekende locatie is gebracht. De vrees groeit dat een executie nakend is.
Filip Ceulemans
Maandag 23 juni werd de Zweeds-Iraanse urgentiearts Ahmadreza Djalali vanuit de beruchte Evin-gevangenis overgebracht naar de ‘Greater Tehran Penitentiary’, waarschijnlijk als gevolg van de Israëlische bombardementen op de gevangenis waar hij nu al jaren onterecht gevangen zit. Vanuit de ‘Greater Tehran Penitentiary’ is hij vervolgens naar een onbekende bestemming gebracht.
Amnesty International waarschuwde eerder al dat een escalatie van het geweld tussen Israël en Iran zou leiden tot meer interne repressie en dat het risico op executies groter zou worden. Door de overbrenging van Djalali naar een onbekende locatie vreest Amnesty International dat de kans op executie van de Zweeds-Iraanse arts gevoelig is toegenomen. Al minstens twee andere gevangenen – veroordeeld omwille van vermeende banden met Israël – werden de voorbije dagen geëxecuteerd.
Zweden
Het Zweedse ministerie van Buitenlandse Zaken reageerde prompt op het verontrustende nieuws en roept Iran op om opheldering te geven en in elk geval niet over te gaan tot executie van Djalali. Zweden pleit opnieuw voor de onmiddellijke vrijlating van de arts die intussen meer dan negen jaar gevangen zit, vaak in volledige isolatie.
Na een oproep van Amnesty International aan de Belgische regering om alle mogelijke middelen aan te wenden om Iran op te roepen geen executies uit te voeren en Djalali vrij te laten, reageerde ook Maxime Prévot bezorgd. De minister van Buitenlandse Zaken heeft de Belgische ambassadeur in Teheran de opdracht gegeven contact op te nemen met zijn Zweedse collega om samen druk te zetten op het regime. De Belgische diplomatie probeert ook rechtstreeks contact op te nemen met de Iraanse autoriteiten.
Iraanse ambassadeur
“De situatie van Djalali baart ons grote zorgen. We moeten alles in het werk stellen om het onherstelbare te voorkomen”, zegt Prévot. Hij wil deze ongerustheid ook kortelings overmaken aan de Iraanse ambassadeur in Brussel. “We schakelen diverse diplomatieke kanalen in om de druk op te voeren. Wij blijven ons in overleg met onze Europese partners vastberaden inzetten om tot een positieve uitkomst te komen.”