Stages doen studenten overstag gaan
VERVOLG COVER In hun masterproef gingen Astrid De Lamper, Emilie Dierckx, Kathlyn Moehlig en Lotte Vandeputte op twee manieren op zoek naar de drijfveren van studenten om voor huisartsgeneeskunde te kiezen.
Filip Ceulemans

In het kwantitatieve luik van hun onderzoek bevroegen ze geneeskundestudenten uit alle opleidingsjaren en van alle Vlaamse universiteiten. Het kwalitatieve luik bestond uit focusgesprekken met masterstudenten aan de KU Leuven en de Universiteit Antwerpen. Tijdens die gesprekken werd dieper ingegaan op de factoren die de keuze van de studenten beïnvloeden.
Juiste aanpak
Analyse van zowel het kwantitatieve als het kwalitatieve luik toonde aan dat één student op vijf huisartsgeneeskunde volledig uitsluit als specialisatie. Dat betekent dat vier studenten op vijf met de juiste aanpak wel richting huisartsgeneeskunde kunnen worden geloodst. Een belangrijk instrument om studenten voor huisartsgeneeskunde te laten kiezen, is de stage in een huisartsenpraktijk. “Die ervaring maakt echt een verschil. Het beeld van het vak verandert positief. Studenten in onze focusgroepen vertellen dat ze juist door de stages enthousiast werden voor het beroep”, stellen de jonge huisartsen vast.
'Vier studenten op vijf kunnen met de juiste aanpak richting huisartsgeneeskunde worden geloodst'
De masterproef koppelt er wel meteen een voorwaarde aan. De timing van de stage moet goed gekozen zijn. Doet iemand zijn stage tijdens het griepseizoen dan kan de indruk ontstaan dat de huisarts enkel daarmee bezig is. Niettemin pleiten de vier laureaten ervoor om de huisartsenstage aan alle universiteiten verplicht te maken. Voorts bevelen ze de universiteiten aan al vroeg in de opleiding meer huisartsen te betrekken bij de basisopleiding. “Integreer huisartsen in de orgaanmodules”, luidt één van de aanbevelingen.
Belangrijke werf
“De overheid moet samen met de huisartsen de uitdagingen van de toekomst aanpakken”, zei minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Frank Vandenbroucke in de videoboodschap aan de jonge huisartsen. “We moeten hefbomen vinden voor een duurzame verandering. Ook patiënten hebben daar een rol in te spelen, maar huisartsen behouden een cruciale rol in de gezondheid en de volksgezondheid. Dat vraagt hervormingen.”
De huisartsgeneeskunde is voor Vandenbroucke een belangrijke werf omdat het de spil is voor goede eerstelijnszorg en de brug vormt met de tweede- en derdelijnszorg. De minister stipte twee belangrijke sporen aan. “We moeten een gelijke toegang tot de huisarts blijven garanderen, ook – wanneer het nodig is – buiten de klassieke werkuren, ook in regio’s die te kampen hebben met huisartsentekorten. Daarom is de hervorming van de huisartsenwachtposten zo belangrijk."
Rode Kruis-Vlaanderen
"We moeten er ook voor zorgen dat het werk van de huisarts haalbaar en werkbaar blijft. We hebben daar, met de hulp van de medicomut, al meerdere instrumenten voor in stelling gebracht: klinisch psychologen die ter beschikking staan, uitbreiding van de praktijkondersteuning en nieuwe modellen zoals de New Deal. Die instrumenten zijn er voor alle huisartsen, maar worden relatief weinig ingezet. Dat is jammer en een uitdaging om samen aan te werken”, gaf de minister enkele aanzetten voor de toekomst.
De laureaten van de Prijs van de Jonge Huisarts ontvangen een exclusief beeldhouwwerk. Dankzij de steun van Rode Kruis-Vlaanderen is er ook een som van 5.000 euro verbonden aan de prijs.